sábado, janeiro 21, 2006

 

Van Lissabon naar Beira

Eindelijk zijn we dan in Mozambique! De hele vrijdagnacht diagonaal over Afrika gevlogen (inderdaad, het zwarte continent, geen lichtje te zien) en ’s morgens in Johannesburg geland. Dat zag er zowel vanuit de lucht als op het vliegveld nog ontzettend europees uit. En het was lekker 19 graden Celsius.

Toen naar Maputo gevlogen, de hoofdstad van Mozambique. Een minivliegveldje met een stuk of vier bagagebanden, maar met een prima service om je te helpen het volgende vliegtuig te halen. En dan merk je meteen dat je de enige stommeling bent die loopt te rennen. Geen weer voor een blanke daar…Nou goed, de eerste Meticais gewisseld om het overgewicht van bagage te kunnen betalen, colaatje gekocht, en verder vliegen.

De volgende landing was 1 uur vliegen noordelijker, in Quilemane. Onderweg vliegen we over de Zambezi-delta, een enorm moerasgebied zonder bewoning. Omdat het regenseizoen is, is het groen en nat en vertakt de rivier zich in duizenden kleine kronkelende stroompjes. Mooi gezicht vanuit de lucht, soort Missisipi-delta. Praten onze eerste zinnetjes portugees hier met een politieman uit Maputo die op weg is naar zijn familie om vakantie te houden. We krijgen zijn nummer, zodat hij ons rond kan leiden in Maputo als we eens daar zijn. Vast wel.

Tijdens de vlucht lezen we in de krant dat LAM (Lineas Aeros de Mocambique ofzo) net van de zwarte lijst is gehaald in Frankrijk. Vervolgens is de landing in Quilemane toch best spannend. De landingsbaan lijkt wat korter dan de piloot had gehoopt, er wordt flink geremd, de remmen piepen wat meer dan wij hadden gehoopt. We stappen uit met een mooi panorama op 4 vliegtuigjes die nooit meer zullen vliegen. En was het in Maputo nog redelijk warm en vochtig, hier lijkt het wel of je in een plantenkas rondloopt. Snikheet en 100% vochtigheid!
Ik was net lekker bezig met foto’s nemen van het vliegveld toen ik van een politieman te horen kreeg dat dat niet de bedoeling kon zijn. Een romantisch plaatje van de vliegtuigwrakken moet ik jullie dus onthouden.

Tenslotte vliegen we nog een half uurtje terug naar het zuiden en landen in Beira, onze voorlopige bestemming. Hier zitten ook een paar faculteiten van de universiteit van Tessa. Maar we komen vooral om de rector even de hand te schudden.
Op het vliegveld worden we opgehaald door padre Ponsi, inderdaad een italiaanse pater die tevens vice-rector van de uni is.

We komen kort na zessen aan, want we rijden in het donker in de 4x4 van padre Ponsi de stad in. Beira blijkt redelijk shocking te zijn. Het is erg vervallen, en hoewel we nu eigenlijk alleen de stenen stad nog maar te zien krijgen, ook vreselijk arm. De universiteit heeft bij de faculteit Economie een paar appartementen voor gastdocenten , waar we zolang kunnen pitten.
Als verassing blijken Gerrit en Silvia van het ICCO, de organisatie die ons uitzendt, ook net in Beira te zijn. Ze nemen ons mee naar Rembrandt en Joep, die voor het ICCO in Beira aan de uni zitten. Leuke ontvangst de eerste avond in het spannende Afrika. Joep en Rembrandt hebben allebei een appartement met uitzicht over zee in een oud koloniaal huis.

We nemen een taxi naar huis, want op straat lopen is hier in Beira ’s nachts niet helemaal OK. We zijn doodop van 25 uur vliegreizen, en slapen dan ook best goed ondanks de hitte en het vocht.

Comments: Enviar um comentário



<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?